Een woning wordt bewoonbaar geacht wanneer zij voldoet aan minimumcriteria op het vlak van hygiëne, veiligheid en comfort, zoals :
- waterdichtheid (m.a.w. er sijpelt geen water binnen)
- elektrische en gasinstallaties die voldoen aan de normen
- voldoende verluchting van de kamers
- natuurlijke lichtbronnen
- basisuitrusting op het vlak van sanitair en verwarming
-
een bepaalde oppervlakte (in overeenstemming met het aantal bewoners)
Voorzorgsmaatregelen
Elk gewest beschikt over een eigen wooncode, waarin de minimumnormen voor de bewoonbaarheid van een woning worden beschreven. De eigenaar die zijn goed wil verhuren moet deze normen dus in acht nemen en desnoods de nodige werken verrichten opdat de woning conform zou zijn. Inspectiediensten verrichten controles, al dan niet op aanvraag van de huurder. Inbreuken op deze normen worden zwaar bestraft.
In dringende gevallen, wanneer de onbewoonbaarheid van de woning de gezondheid of de openbare veiligheid in het gedrang brengt (bijvoorbeeld, instortingsgevaar van de woning) kan de gemeentelijke overheid de eerste maatregelen treffen.
Premies
Onder bepaalde voorwaarden kunnen premies worden toegekend voor:
- werken voor de aanpassing van de woning aan de normen, die door de eigenaar worden verricht
- de verplichte verhuis van de huurder naar een andere woning