Binnen de federale overheid wordt de wetgevende macht uitgeoefend door enerzijds het federaal parlement, dat is samengesteld uit twee vergaderingen (de Kamer van volksvertegenwoordigers en de Senaat), en anderzijds de koning. De koning oefent geen persoonlijke macht uit. Zijn ministers (de federale regering) dragen de volle verantwoordelijkheid door de wetsontwerpen, die door het parlement werden aangenomen, en de koninklijke besluiten mede te ondertekenen.